Beethoven stapt op me af. ‘Gaat het?’ fluistert hij. Ik schud mijn hoofd. ‘Nee,’ stamel ik. Ik veeg mijn mond af aan mijn mouw en probeer op te staan. ‘Dit is veel te veel.’ Hij zet me op de bank en geeft me een deken om het rillen tegen te gaan. ‘Maar ik voel me zo speciaal bij jou,’ lacht hij. Hij kijkt me verwachtingsvol aan. ‘Wat is er niet goed aan?’
Ik zucht, kijk hem aan en glimlach. Ik zie hem zijn verwachtingen voor het einde van de avond bijstellen. Hij knikt. ‘Ik ga opruimen. De logeerkamer is naast de badkamer, er ligt een handdoek als je wil douchen en morgen zoen ik je wakker als een prins op een witte kerstdag’. Hij grijnst om zijn eigen woordspeling. Als ik in bed lig, voel ik een deken van eenzaamheid over me heen vallen. Wat is hier nou niet goed aan? Iedere normale vrouw zou hier van dromen. Terwijl mijn gedachten met me aan de haal gaan, val ik onrustig in slaap. In Utrecht, bij een vreemde man. Op een logeerkamer.
De volgende ochtend word ik vroeg wakker van een zachte streling over mijn wang. Ik schrik wakker en zie Beethoven op een centimeter afstand boven mijn gezicht hangen. ‘Goedemorgen, this is your wake up call.’ Hij draait zich om en schuift de gordijnen open. ‘Vergeef me. Ik heb geen croissantjes in huis, dus die ga ik zo even voor je kopen. Houd je van koffie? Liever thee met een smaakje? En gezien het Winterse wonderland buiten, kunnen we misschien vanmiddag iets leuks doen. Wat dacht je van de Winter Efteling?’ Ik knipper met mijn ogen en knik. Laat het langzaam op me inwerken. Wellicht is dit een goed plan. Waarom ook niet? Hij buigt zich weer over me heen en geeft me een kus op mijn mond. Zomaar, vanuit het niets. ‘Ik voel me zo blij vandaag door jou, Isabel. Ik zie je zo, ik rijd even naar de winkel.’ Totaal verstijfd lig ik in bed. Alle alarmbellen gaan af. Die kus! Die smaak! Zodra de voordeur in het slot valt, twijfel ik geen seconde. Ik gris mijn spullen bij elkaar en schrijf een briefje. Wanneer hij thuis komt, in de veronderstelling dat ik onder de douche sta, zal hij mijn kattebelletje vinden;
‘Bedankt voor de wake up call.’
Met de trein naar huis is geen optie. Het winterse weer heeft voor een totale uitschakeling van het openbaar vervoer gezorgd. Ik slenter richting de Esso, die ik vannacht voorbij heb zien flitsen. Geluk bij een ongeluk dat Beethoven vlakbij de A2 woont. Het voordeel van werken voor een transportbedrijf is dat er altijd collega’s op de weg zijn. En dus wacht ik niet veel later met een kop dampende koffie in de Esso op een van onze wagens. Een oude man kijkt me aan. ‘Op zoek naar een lift?’ ‘Ik grijns. ‘Nee dank je, daar komt de mijne net aan.’ Een enorme DAF-truck met oplegger rijdt het pompstation op. Ik klem de koffie onder mijn arm en klim behendig de wagen in, terwijl iedereen op het tankstation me verbaasd nakijkt. De chauffeur kijkt me vrolijk aan. ‘Dit is nog eens een speciale rit op de vroege ochtend! Jij moet Isa zijn.’
‘Je moet niet zoeken meisje, de liefde vindt haar eigen weg!’
Terwijl het alsmaar harder gaat sneeuwen en de weg een steeds grotere chaos wordt, schalt Chris Rea’s ‘Driving home for christmas’ uit de boxen. Gert, de chauffeur die me vandaag meeneemt naar Eindhoven, is inmiddels op de hoogte van het hele verhaal, nadat hij me plechtig heeft beloofd de inhoud van dit gesprek als strikt beroepsgeheim te behandelen. ‘Dus eigenlijk ben je op zoek naar liefde?’ veronderstelt hij na me een uur te hebben aangehoord. Het is niet eens een vraag. Ik knik. ‘Je moet niet zoeken meisje, de liefde vindt haar eigen weg.’ Hij wijst naar een foto van zijn gezin. Een guitige dame met twee puberzonen op een strand, vast op Mallorca of Marbella. ‘Liefde van mijn leven. Al vierendertig jaar,’ vertelt hij trots.
Na een vier uur durende, slopende rit, nemen we afscheid. Als ik de sleutel in de voordeur van het appartementencomplex steek en naar boven loop, is iedereen in rep en roer. Ik zie een aantal klusjesmannen in de weer met bekabeling. Mevrouw Been van 6a rent me tegemoet. ‘Altijd het zelfde gedoe! Waarom nemen jullie jonge mensen nou niet gewoon aan dat vakmanschap te huur is, waarom moeten jullie zo nodig zelf klussen?’ Ze vervolgt haar tirade: ‘Vroeger, toen hadden we geen keus, toen moesten we alles zelf doen, maar jullie, jullie willen alles zelf doen terwijl er een carrière….’
Ik luister niet eens meer en loop regelrecht naar mijn appartement. De deur staat open en ik zie de buurman samen met een van de werklui discussiëren. Hij roept wat, schudt zijn hoofd, beent weg en botst bijna weer tegen me op. ‘Isa! Sorry, maar zo heet je toch?’ Ik voel dat ik rood word. ‘Ik heet Isabelle ja, wat is hier in godsnaam aan de hand?’ De buurman stamelt: ‘Ik vrees dat je licht het even niet meer doet. Ik ben al een paar dagen aan het klussen maar heb vanochtend een leiding geraakt. ‘ Hij kijkt schuldbewust naar de grond. ‘En ik vrees dat er naast een lekkage ook een, eh, kleine kortsluiting is ontstaan…’
Lees hier alle hoofdstukken van het romantische kerstverhaal
1 reactie
Ik heb al een idee waar dat naar toe gaat. Het zou leuk zijn als ik nu dus op het verkeerde been wordt gezet. En dat zal dan ook wel. ’t Is weer helemaal prachtig en kijk uit naar de ontknoping.
Gr. ome Tiel